1995
Harry Mulisch
Toespraak Koning der Belgen
Toespraak van Z. M. de Koning der Belgen
Dames en Heren,
Het is voor mij een groot genoegen vandaag, in uw aanwezigheid, de Prijs van de Nederlandse Letteren te mogen uitreiken aan de Heer Harry Mulisch.
Mijnheer Mulisch,
Uw werkzaamheid als schrijver overspant een periode van bijna vijftig jaar. In die periode heeft U blijk gegeven van een zeer gevarieerd talent: U heeft niet alleen romans, pozie en toneel geschreven; ook politieke en filosofische geschriften behoren tot uw omvangrijke oeuvre.
In uw visie is betrokkenheid met wat er in de wereld gebeurt heel belangrijk voor een schrijver. U bent ervan overtuigd dat de schrijver een verantwoordelijkheid heeft in de samenleving en dat taalgebruiken mens en maatschappij benvloeden.
Twee jaar geleden zei U op de Frankfurter Buchmesse dat de taal – woorden dus – het huiveringwekkende kan onthullen, maar ook kan versluieren. U illustreerde deze uitspraak met een verwijzing naar de term ‘etnische zuivering’, die het begrip ‘volkerenmoord’ onzichtbaar moet maken. Spreken wij ook niet van ‘stille armoede’ waar wij ‘onrechtvaardigheid’ bedoelen, of van ‘fundamentalisme’ waar wij van ‘onverdraagzaamheid’ zouden moeten spreken. De taal is een betekenisvolle factor in de samenleving. Ik moge er dus even blijven bij stilstaan.
Om deel te nemen aan het maatschappelijk leven moet de burger er zich thuis voelen. Betrokkenheid is immers bepalend voor het democratisch gehalte van een samenleving en zij wordt ook in zeer grote mate door de taal benvloed. Als voorbeeld zou ik de periode die de Tweede Wereldoorlog voorafging in herinnering willen brengen.
Toen hielden dictatoriale regimes het Europese continent en hun eigen burgers in een wurggreep. Een wel bepaalde taal – slogans, agressief woordgebruik, vereenvoudigingen, dreigementen – was daartoe het instrument.Ook in de wereld van vandaag wordt taal nog misbruikt met politieke bedoelingen. Zo weten wij tot welke gruwelen de opruiende taal van een extremistische piratenzender vorig jaar in Rwanda heeft geleid. Zo weten wij ook hoe de uitlatingen van sommige Isralische tegenstrevers van het vredesproces in het Midden-Oosten heeft kunnen leiden tot de moord op de moedige Eerste Minister van Isral, Yitzhak Rabin.
Dit alles kan wanneer taal alleen maar gebruikt wordt als instrument om macht te verwerven of te bestendigen. Taal als machtsinstrument heeft zo haar eigen kenmerken : simplificerend, reducerend, opzwepend.
Taal en vooral aangepast en zinvol taalgebruik zijn dus belangrijk in onze democratische samenleving. Wij durven dit wel eens onderschatten.Taal is een manier van omgaan met elkaar. Een genuanceerd, maar helder taalgebruik bevordert dialoog en verstandhouding.
Het Nederlands is een rijke taal, die bijzonder geschikt is om schakeringen van menselijke gevoelens tot uitdrukking te brengen en om verbeelding gestalte te geven.
Dames en Heren,
Door het open karakter van onze maatschappij maken wij een goed en veelvuldig gebruik van nieuwe technologie, en vooral van de informatietechnologie. Onze samenleving krijgt ook meer en meer een multicultureel karakter. Het proces van Europese integratie en de Europese besluitvorming bepalen steeds meer onze toekomst. Dit alles is niet nieuw ; het is zelfs verrijkend. Maar deze ontwikkelingen mogen niet leiden tot kleurloze eenvormigheid of taalarmoede en de Taalunie tussen Nederland en de Vlaamse Gemeenschap speelt een uiterst belangrijke rol om deze gevaren te bestrijden.Het is ook verheugend dat Nederland en Belgi afgesproken hebben zich te blijven inzetten voor het behoud van de culturele verscheidenheid en identiteit in Europa. De moedertaal is immers een wezenlijk onderdeel van de eigen identiteit en het eigen anker in een samenleving vol onzekerheden.Daarom verdient de verdediging van het Nederlands de voortdurende inzet en aandacht, niet alleen van de overheid maar van allen die ons Nederlands taalpatrimonium ter harte gaat.
Mijnheer Mulisch,
De jury, benoemd door het Comit van Ministers van de Nederlandse Taalunie, was unaniem in zijn oordeel. U ontvangt deze prijs voor uw gehele oeuvre, dat de jury uniek noemt door zijn veelzijdigheid, thematiek, samenhang en verbeeldingskracht.
Het is voor mij een groot genoegen U, ter bevestiging van het besluit van het Comit van Ministers, de oorkonde van de Prijs der Nederlandse Letteren 1995 te overhandigen.
Terug naar laureaat