Toespraak Jet Bussemaker

2015
Remco
Campert

Toespraak Jet Bussemaker

Sire, Majesteit, 
Excellenties, 
Dames en heren, 
Geachte Remco Campert

U vergeleek uw poëzie ooit met een oude jas. 
Maar ik hoor er toch vooral muziek in. 
In al uw werk eigenlijk. 
Met name de jazz. 
Soms associatief, vrij, virtuoos, eindeloos variërend, grillig als Bebop. 
Soms rustig, beschouwend, mellow als de East Coast Jazz. 
En áltijd gebaseerd op een stevige standardde grondgedachte als diepere laag in alles wat u schrijft.

Daarom ben ik blij om u te mogen toespreken tússen de muziek van Giovanca en de poëzie van Hagar Peeters in. 
Ik doe dat als Minister van Cultuur, als voorzitter van het Comité van Ministers van de Taalunie, én als liefhebbende lezer. 
Middenin de Week van het Nederlands.

En dat is mij een grote eer.

Want uw rijke oeuvre is van onschatbare waarde voor de cultuur van onze landen – de Prijs der Nederlandse Letteren die u vandaag ontvangt, bekroont dat. En de zeggingskracht van uw werk reikt vér. 
Iédereen, van jong tot oud, leest u, of hééft weleens iets van u gelezen. 
‘Het leven is vurrukkulluk’ stond niet alleen op míjn leeslijst, maar ook op die van mijn dochter. 
Velen kennen uw meest bekende gedichten zoals ‘Poëzie is een daad…’. 
Uw laatste roman over Parijs werd in grote oplage herdrukt. 
En de illustere figuren uit uw columns – ik noem hier ‘Doctorandus Mallebroodje en het jonge ding uit de achterban’ – zijn inmiddels deel van ons DNA.

Uw verhaal ‘De jongen met het mes’ werd onlangs nog door de organisatie Passionate Bulkboek te uitdagend gevonden om aan jongeren te laten lezen. 
Nee, niet meer omdat er bloot in voorkomt. 
Maar omdat er met messen wordt gespeeld. 
Uw vroege werk heeft niet alleen de tand des tijds doorstaan. 
Het doet kennelijk nog steeds stof opwaaien.

Die tijdloze levendigheid is één van de oorzaken van uw populariteit. 
Maar er zijn er méér. 
Het is nu mode in de literatuur, maar u schreef altijd al autobiografisch. 
U schreef over uw kindertijd. 
Over hoe uw wereld openging op het Leidseplein en in Parijs. 
Over uw liefdes en vriendschappen, uw passie voor de muziek. 
Uw zoektocht en soms worsteling in het schrijverschap.

Altijd ironisch, met veel humor. 
Lichtheid zoekend in de zwaarte. 
Met een jongensachtige kwetsbaarheid. 
Het leven levend en beschouwend tegelijk.

Maar toch vallen uw werk en leven niet samen. Integendeel.

In het allereerste nummer van tijdschrift Braak dat u met Rudy Kousbroek oprichtte, stond als motto: ‘Dichten is liegen op hoger plan’. 
In uw werk vertaalt zich dat in de spanning tussen de eendimensionale realiteit en de meervoudige, literaire werkelijkheid.

Als kind werd uw leven getekend door de oorlog. 
Daarná was het u duidelijk dat de wereld voorgoed veranderd was. 
Samen met andere tijdgenoten in de jaren vijftig, wilde u grenzen doorbreken en voor de volle vrijheid kiezen. Non-conformisme. Je niet laten beperken door wat er gebeurt in de wereld om je heen. Maar de kracht van de verbeelding inzetten om te laten zien wat er allemaal nog méér mogelijk is:

‘Woorden schrijven als sneeuw die valt op alle daken’.* 
‘Zilver praten.’*

Het is díe wereld waarin u voor ons, tot aan vandaag, een rode loper uitlegt. Door de virtuoze helderheid, de bedrieglijke eenvoud van uw taal. 
Zoals Kees Fens zei: ‘Geen woord te groot of te klein’. 
‘Een wereld die swingt als de pest, de rest is gemompel van bedelaars’.*

U schept die wereld niet louter in afzondering. 
U zoekt daarbij ook actief de verbinding met andere kunstenaars. 
U maakte samen met beeldend kunstenaar Jeroen Henneman een boek over Amsterdam – prachtig en ontroerend. 
Onlangs schreef u gedichten bij de fotografie van uw eigen dochter Cleo. 
U schreef scenario’s voor de verfilming van uw eigen boeken. 
En u treed nog steeds op met jazzmusici zoals Corrie van Binsbergen en Benjamin Herman. 
Artistieke verbindingen die kunst nog dichter bij mensen kunnen brengen. 
En die mij persoonlijk ook inspireren in mijn werk. 
Om afstand te nemen van taaie dossiers. 
Om na te denken over dromen van de toekomst 
Om onderwijs te ontwikkelen waarin de verbeelding en creativiteit net zo belangrijk zijn als als taal en rekenen.

Beste Remco Campert,

Uw oeuvre heeft een onschatbare waarde voor onze cultuur. Een enorme zeggingskracht. Ik heb daar een aantal oorzaken voor gegeven. 
Maar uiteraard zal ieder voor zich kunnen verklaren waarom die zinderende vonk overspringt tussen uw werk en uw lezers.

En laat ik daarbij afsluiten met uw eigen woorden:

Zo keert alles terug 
Om straks weer weg te gaan 
Maar nu voor even 
Tot stilstand gekomen

Voorbij de reis van de letters 
De vaudeville van de beelden

Ik ben aan het einde van mijn alfabet gekomen

Het alfabet 
dat nu ook 
al is het maar kortstondig 
het jouwe is

Bron: Dichter, Remco Campert 1995 Bezige Bij
Remco Campert

Terug naar laureaat

Remco Campert